Escherichia coli
Voedingsmiddelen | Vlees, zuivel, groente en fruit, water |
Eigenschappen |
In te delen in 5 groepen
Deze laatste groep (FEEC) is slechts zeer zelden oorzaak van gastro-enteritis, en zal daarom hier niet verder uitgewerkt worden. De Enterohemorragische groep, waaronder E. coli O157:H7, is een dermate belangrijke groep, dat deze groep hierna apart behandeld zal worden. |
Frequentie | laag tot middel |
Ernst | middel tot zeer hoog |
HACCP | Leidt regelmatig tot een CCP in bewerkingsprocessen. |
Preventieve maatregelen |
|
Ziektebeeld | EPEC, ETEC en EIEC veroorzaken in de meeste gevallen waterige, soms bloederige en slijmerige diarree, buikkrampen, koorts en een gevoel van algehele malaise. |
Algemeen
Escherichia coli werd voor het eerst ontdekt in de menselijke dikke darm in 1885 door de Duitse microbioloog Theodor Escherich. Hij toonde aan dat bepaalde stammen van deze E. coli verantwoordelijk waren voor het ontstaan van diarree en gastro-enteritis bij kinderen.
E. coli-bacterie werd het organisme een populair lab-organisme, omdat de bacterie in staat bleek snel te groeien op zowel arme als rijke media. E. coli kan groeien in een zuurstofrijke omgeving, waarbij het zuurstof gebruikt als terminale elektronen acceptor (aërobe groei), maar het organisme is ook in staat te groeien in omstandigheden zonder zuurstof (fermentatief metabolisme). Doordat E. coli zowel aëroob als anaëroob kan groeien, wordt het organisme als facultatief anaëroob geclassificeerd.
De meeste varianten van de E. colibacterie zijn onschuldige darmbewoners bij de mens. Er zijn echter ook E. colibacteriën waarvan je ziek kunt worden. De zogenaamde EHEC (soms ook STEC genoemd) kan een besmettelijke dikkedarmontsteking veroorzaken met bloederige diarree. De infectie kan bovendien gepaard gaan met braken, misselijkheid en buikkrampen. Als belangrijkste complicatie kan nierbeschadiging (HUS) optreden. Het is een bacterie die al decennia lang bekend is en af en toe tot ziekte-uitbraken leidt. In Nederland worden jaarlijks ongeveer 10 patiënten met HUS in relatie met een voorafgaande diarree gemeld. Er is de afgelopen decennia slechts een zeer klein aantal EHEC uitbraken in Nederland beschreven.
De bacterie komt bij koeien en schapen voor in de darmen. Besmetting vindt meestal plaats door het eten van onvoldoende verhit rundvlees of schapenvlees (barbecue, hamburgers), het drinken van rauwe melk of het eten van besmette rauwe groenten. Besmetting kan ook plaatsvinden door contact met (mest van) besmet vee en door zwemmen in besmet natuurwater. Ook kan de infectie bij onhygiënisch handelen van mens op mens overgaan. Kinderen onder de 5 jaar en mensen boven de 60 jaar hebben een verhoogde kans op complicaties. Bij mild verlopende infecties is een behandeling meestal niet nodig. Extra drinken in de vorm van zoete dranken en dranken met zout (bouillon) is belangrijk. Hiervoor zijn zakjes bij de drogist of apotheek te koop (ORS). EHEC infecties worden gewoonlijk niet met antibiotica behandeld omdat een dergelijke behandeling de kans op een gecompliceerd verloop kan vergroten. Aangezien deze infecties niet goed met antibiotica behandelbaar zijn, is preventie van besmettingen van het allergrootste belang. Het feit dat deze bacterie ESBL produceert en dus multiresistent is, speelt geen rol bij de behandeling.
Origine van Escherichia coli
E. coli is van nature een darmbewoner van mens en dier. Normaal gesproken speelt E. coli in het lichaam een gunstige rol, doordat het de groei van schadelijke micro-organismen in de darm remt. Daarnaast synthetiseert E. coli een waardevolle hoeveelheid vitaminen. Slechts een minderheid van de E. coli-stammen is in staat ziekten te veroorzaken bij de mens. Deze ziekten worden globaal via twee verschillende mechanismen veroorzaakt:
ETEC- en EHEC-stammen produceren toxinen, waardoor ziekteverschijnselen optreden. | |
EPEC en EIEC hechten zich aan de darmwand en zijn in staat de epitheelcellen van de darmwand te beschadigen, waardoor ziekteverschijnselen optreden. |
Enterotoxicogene Escherichia coli (ETEC)
MID | 108 tot 1010 cellen |
Incubatietijd | 24 uur |
Symptomen | waterige diarree, koorts, kramp, misselijkheid en algehele malaise |
Duur | – |
Mortaliteit | erg laag |
Risicogroepen | kinderen en reizigers |
Voedingsmiddelen | onbehandelde zuivelproducten, producten uit landen met verminderde hygiënestandaard |
Enteropathogene Escherichia coli (EPEC)
MID | Voor kinderen laag, voor volwassenen >106 cellen. |
Incubatietijd | 24 uur |
Symptomen | Waterige, bloederige diarree |
Duur | – |
Mortaliteit | 50% v.d. ziektegevallen (kinderen) in derde wereldlanden |
Risicogroepen | Kinderen |
Voedingsmiddelen | Rauw rundvlees en rauw kippenvlees. In derde wereldlanden is de belangrijkste oorzaak gecontamineerd water. |
Enteroinvasieve Escherichia coli (EIEC)
MID | Erg laag. < 10 cellen. |
Incubatietijd | 24 uur |
Symptomen | Waterige, bloederige en slijmerige diarree lijkend op dysenterie. |
Duur | Self-limiting in de meeste gevallen. |
Mortaliteit | Laag |
Risicogroepen | Iedereen is vatbaar voor deze vorm van infectie van Escherichia coli. |
Voedingsmiddelen | Hamburgervlees, rauwe melk. |